FAQ

Bij een “gesloten” of “concentrisch” systeem vindt de aanvoer van de voor de verbrandingslucht noodzakelijke zuurstof en de afvoer van rookgassen plaats door één dubbele pijp die rechtstreeks naar buiten gaat. De verbrandingslucht wordt dus niet uit de ruimte gehaald waarin de haard staat. Groot voordeel is dat er via de buitenmuur kan worden aangesloten en er dus geen echt schoorsteenkanaal noodzakelijk is. De flexibiliteit van plaatsing is ook veel groter.

Dat is zeker verstandig. Een schoorsteen dient niet alleen in uitstekende staat te zijn om brandgevaar te voorkomen, ook de diameter, hoogte, aantal bochten, etc. zijn van belang om de haard of kachel goed te laten functioneren. Dit kunt U het best laten doen door een ASPB lid.

Een allesbrander bestaat niet. Stooktoestellen dienen altijd gestookt te worden met de daarvoor geëigende brandstof, een open haard is een houtgestookt niet afsluitbaar verbrandingstoestel. De moderne (gesloten) toestellen kenmerken zicht door een hoger rendement en een lagere uitstoot van schadelijke stoffen.

Berken, Essen en Beukenhout zijn zeer geschikte houtsoorten om mee te stoken. Ook Eiken kan prima worden gebruikt maar dit moet vaak langer drogen. Let op, veel hout is te nat om mee te stoken, u kunt het eventueel zelf controleren met een vochtmeter. Ideaal is tussen de 16 en 20% vocht.

Stooktips

Leg voor het aanmaken van vuur wat houtjes los op een paar proppen papier of aanmaakblokje en steek het aan. Hiermee worden de kachelpijp en het rookkanaal voorverwarmd.
Leg vervolgens grotere stukken hout op het vuur. Gebruik niet teveel hout tegelijk en vul regelmatig bij zodat de houtkachel of openhaard kan blijven doorbranden.
Stook bij het aansteken van uw kachel of openhaard bij voorkeur met een maximale luchttoevoer en leg het hout niet te dicht op elkaar. Zo kan er voldoende zuurstof bij het vuur komen. Als het vuur goed brandt, kunt u de houtkachel terugregelen met de luchtschuif.
Witte of kleurloze rook wijst op een goede verbranding. Als de rook grijs, grijsblauw of zwart is, is de verbranding onvolledig. Een grotere luchttoevoer zal de verbranding in uw houtkachel verbeteren.
Tijdens het stoken is een goede ventilatie in huis belangrijk.
Het doven van vuur veroorzaakt een onvolledige verbranding. Dit voorkomt u door het vuur te laten uitbranden.
Voorkom stoken bij mist of windstil weer ivm de lagere trek in uw schoorsteen.
Laat ieder jaar uw schoorsteen en trekkap reinigen.
Leeg de asla regelmatig en verwijder eventuele spijkers of schroeven van het schudrooster, sluit de asla vervolgens goed.
Een houtkachel is geen speelgoed voor kinderen, steek zelf uw kachel aan en vul uw kachel zelf bij!

Stooktips

Geen antwoord op uw vraag kunnen vinden?

Contact